Voorlezen straks verplicht onderdeel van de opleiding pedagogisch medewerker

Per 1 januari 2026 verdwijnt lezen als extra onderdeel uit de taaleis en de vaardigheid interactief voorlezen wordt verplicht onderdeel van de module ontwikkelingsgericht werken in de voorschoolse educatie, die studenten van de mbo-3 opleiding pedagogisch medewerker kunnen volgen. De nieuwe eis geldt ook voor studenten van de mbo-4 opleiding gespecialiseerd pedagogisch medewerker. De eis geldt voor zittende en startende studenten. Hiermee wordt voorlezen – terecht – gezien als een essentieel onderdeel in het aanbod aan jonge kinderen.
Taalontwikkeling peuters
‘Uit onderzoek blijkt dat het onderdeel ‘Lezen’ van het referentiekader Nederlandse taal niet bijdraagt aan de vaardigheden van beroepskrachten ve om taalrijke situaties te creëren’, zo staat in het wetsbesluit. ‘Hierdoor blijkt dit onderdeel dus ook niet bij te dragen aan de taalontwikkeling van peuters. Het onderdeel ‘Lezen’ op niveau 3F binnen het referentiekader Nederlandse taal bestaat namelijk uit het kunnen lezen van zakelijke teksten op niveau 3F. (…) De vaardigheid ‘interactief voorlezen’ levert daarentegen wel een bewezen bijdrage aan de taalontwikkeling, taalproductie en het vergroten van de woordenschat van het jonge kind. (…) Onder interactief voorlezen wordt verstaan dat voorlezers voor, tijdens en na het voorlezen in gesprek zijn met de groep over het verhaal, door bijvoorbeeld vragen te stellen over de personages. Het ontbreken van een eis met betrekking tot de vaardigheid ‘interactief voorlezen’ in de opleiding tot beroepskracht ve kan ertoe leiden dat beroepskrachten in hun opleiding vaardigheden mislopen die een bijdrage leveren aan het stimuleren van de taalontwikkeling van peuters.’
Wat betekent dit voor VE-medewerkers?
De nieuwe eis geldt overigens niet voor medewerkers die de 3F-taaleis al hebben behaald, met nog het onderdeel ‘Lezen’. Zij blijven daarmee voldoen aan de taaleis voor het werken in de VE. In het besluit staat: ‘Beroepskrachten die eerder voldeden aan de taaleis ve, inclusief ‘Lezen’ op niveau 3F blijven bevoegd om te werken in de ve. Het is voor hen niet nodig om aanvullend aan te tonen dat zij de vaardigheid ‘interactief voorlezen’ beheersen. Ook is het voor houders ten aanzien van deze beroepskrachten niet verplicht om in het opleidingsplan op te nemen hoe deze vaardigheid wordt onderhouden.’
Zie het Besluit beroepskrachten ve in opleiding en interactief voorlezen.
Bron: Kinderopvangtotaal 15 april 2025.